energie blackout
dossier energie

Ov voorkomt dat het licht uitgaat in Nederland

Als de netcongestie niet snel en doortastend wordt aangepakt, stevent Nederland af op energie blackouts. (Foto ter illustratie) Shutterstock

Een groep experts uit de rail- en energiebranche – het Expertpanel Netbeheer – heeft de afgelopen acht maanden gewerkt aan de onderbouwing van de kansen die de ov-sector ziet om een bijdrage te kunnen leveren aan het oplossen van de netcongestie. Van de vele mogelijke toepassingen hebben zij een tiental maatregelen geselecteerd om de potentie inzichtelijk te maken in de investeringsagenda. We geven de experts ruim baan om de maatregelen kort uiteen te zetten. SpoorPro sprak drie kartrekkers: Maarten Zanen (Ricardo Rail), Alexander Bal (RHDHV) en Rogier Pennings (ROCC).

“Laten we eerst wat uitleggen hoe het Expertpanel Netbeheer is ontstaan en hoe de investeringsagenda die we hebben opgesteld tot stand is gekomen”, trapt Rogier Pennings af. “In 2023 kwam bijna de helft van de elektriciteit uit de duurzame bronnen. In 2050 moet dat 100 procent zijn. Nederland heeft steeds meer stroom nodig om te verduurzamen en de opwekking van duurzame elektriciteit vertoont scherpe pieken en dalen. Dit alles draagt landelijk nadrukkelijk bij aan de netcongestie. Deze congestie wordt nog verder versterkt doordat er ook veel meer gebruikers bijkomen door de sterke energietransitie, van fossiel naar elektrisch. Dat geldt voor transport, industrie en huishoudens, dus dat is een flinke aanslag die wordt gepleegd op de Nederlandse elektriciteitsnetwerken. Die worden structureel zwaarder belast en vaker kortstondig overbelast.”

Maarten Zanen legt uit wat de ov-sector hierin kan beteken: “De elektriciteitsnetwerken van het Nederlandse openbaar vervoer kunnen bijdragen aan het verlichten van de netcongestie. Denk daarbij aan het netto energieverbruik te verminderen per reizigerskilometer, de piekbelasting te reduceren én de transportcapaciteit van elektriciteitsnetten van het ov gebruiken om partijen aan te sluiten. Om dit potentieel te illustreren hebben wij dit in een expertpanel, waar verschillende stakeholders vanuit rail en netbeheer in deelnamen, uitgewerkt in een investeringsagenda.”

De maatregelen

Het Expertpanel Netbeheer heeft zich het afgelopen halfjaar over deze prangende kwestie gebogen en is tot een aantal maatregelen gekomen waarmee de netcongestie nationaal kan worden verlicht. “Belangrijk uitgangspunt is dat we het bestaande voedingsnetwerk beter benutten”, zegt Alexander Bal. “Dit doen we door een aantal maatregelen. Modern materieel is al steeds energiezuiniger per reizigerskilometer. Door beter inzicht en monitoring van het energieverbruik in combinatie met opleiding van machinisten kan hier nog meer bespaard worden. Verder kan onder bepaalde omstandigheden met behulp van slim grid-management de stroom tijdelijk lokaal begrensd worden. Dit is technisch al mogelijk en met de juiste beslisregels heeft dit ook geen invloed op de dienstregeling.”

Zanen pakt over: “Verdere energiereductie is mogelijk door remenergie te hergebruiken. Modern materieel remt voor een groot deel al elektrisch-dynamisch. Met deze stroom worden in eerste instantie de on-board-systemen van de trein gevoed en wat over is wordt via de bovenleiding weer teruggegeven aan het tractienet en kan daar worden afgenomen door andere treinen. Daarbij moet opgemerkt worden dat in deze situatie de herbruikbaarheid van remenergie sterk afhankelijk is van de nabijheid van ander materieel. Zonder andere treinen in de buurt wordt deze energie omgezet in warmte en kan dan niet hergebruikt worden.”

“Door, net als bij een elektrische auto, energieopslag in het materieel en langs de infrastructuur op te nemen kan een veel groter deel van deze remenergie worden hergebruikt. Het mes snijdt hier aan twee kanten, want door deze ‘energiebanken’ tussen twee voedingspunten te situeren, die wel aangesloten zijn op het net, wordt het mogelijk om zonder extra netaansluitingen meer treinen te kunnen laten rijden.

“Zo wordt bij de Rotterdamse RET wordt momenteel hard gewerkt om deze energiebank te realiseren. Ook de nabijheid van intercitystations biedt een goede mogelijkheid om remenergie her te gebruiken, zoals momenteel onderzocht wordt in Groningen.

Elkaar helpen en slim delen

“Verder denken we dat de ov-sector andere sectoren kan helpen door laadpleinen voor bussen beschikbaar te stellen voor derden”, vertelt Pennings. “Juist overdag, wanneer er vaak ruim voldoende duurzame elektriciteit beschikbaar is, zijn hier veel laadplekken beschikbaar.”

“Door de verschuiving naar steeds meer duurzame opwekking van elektriciteit is steeds meer behoefte aan grootschalige energieopslag. Hier springen inmiddels verschillende aanbieders op in met de realisatie van de giga-batterij. De ov-sector kan grond beschikbaar stellen en helpen met planvorming en realisatie van dergelijke locaties, die dan door derden ontwikkeld worden.”

“Als het ov hier ook op aansluit, biedt dit dus ook weer extra mogelijkheden voor het ov om het tractienet te versterken. Daarnaast lopen er al initiatieven vanuit verschillende infrabeheerders om hun voedingsnetwerk te delen met andere gebruikers. RET is bezig om een GDS-vergunning te krijgen en ProRail is een marktverkenning gestart om werkmaterieel elektrisch te kunnen laden. Al met al diverse initiatieven waar zowel Nederland als het ov mee vooruit komt.”

Het proces achter de investeringsagenda

“Hoe we tot hier zijn gekomen? Het traject om tot de investeringsagenda te komen heeft circa acht maanden geduurd”, aldus Bal. “In meerdere bijeenkomsten is van een longlist (met meer dan honderd toepassingen) naar een shortlist van een tiental oplossingen gekomen. Deze oplossingen zijn vervolgens door de experts verder uitgewerkt en uiteindelijk gepresenteerd aan de nationaal coördinator netcongestie laagspanningsnetten. Meer over deze presentatie is hier te vinden.”

“De Investeringsagenda geeft weliswaar goed beeld van de mogelijkheden, het is tegelijkertijd slechts een aanzet naar het verder onderzoeken van de kansen die ov kan bieden in de Energietransitie. Daarmee gaat het gepaard met de oproep om dit als sector (ministeries IenW en EZK, ProRail, OV-NL, etc.) samen breed op te pakken. Dit alles om in sneltreinvaart de energietransitie door te komen.”

Op vrijdag 31 mei 2024 vindt de Bestuurlijke Top Energievoorziening Spoor plaats onder voorzitterschap van de Secretaris-Generaal van het Ministerie van Infrastructuur. Tijdens die Energietop komen alle bestuurlijke stakeholders bijeen om over de toekomst van de energievoorziening op het spoor te praten. Een belangrijke dag voor heel Nederland, want het ov wil helpen de netcongestieproblematiek in Nederland te verlichten. Het is aan de politiek om de uitgestoken hand aan te nemen.

Lees ook:

En Pier Eringa al in augustus 2019:

Auteur: Jeroen Baldwin

Jeroen Baldwin is journalist en chef redactie van SpoorPro.nl

Reageer ook

Nog maximaal tekens

Log in via een van de volgende social media partners om je reactie achter te laten.

Ov voorkomt dat het licht uitgaat in Nederland | SpoorPro.nl
energie blackout
dossier energie

Ov voorkomt dat het licht uitgaat in Nederland

Als de netcongestie niet snel en doortastend wordt aangepakt, stevent Nederland af op energie blackouts. (Foto ter illustratie) Shutterstock

Een groep experts uit de rail- en energiebranche – het Expertpanel Netbeheer – heeft de afgelopen acht maanden gewerkt aan de onderbouwing van de kansen die de ov-sector ziet om een bijdrage te kunnen leveren aan het oplossen van de netcongestie. Van de vele mogelijke toepassingen hebben zij een tiental maatregelen geselecteerd om de potentie inzichtelijk te maken in de investeringsagenda. We geven de experts ruim baan om de maatregelen kort uiteen te zetten. SpoorPro sprak drie kartrekkers: Maarten Zanen (Ricardo Rail), Alexander Bal (RHDHV) en Rogier Pennings (ROCC).

“Laten we eerst wat uitleggen hoe het Expertpanel Netbeheer is ontstaan en hoe de investeringsagenda die we hebben opgesteld tot stand is gekomen”, trapt Rogier Pennings af. “In 2023 kwam bijna de helft van de elektriciteit uit de duurzame bronnen. In 2050 moet dat 100 procent zijn. Nederland heeft steeds meer stroom nodig om te verduurzamen en de opwekking van duurzame elektriciteit vertoont scherpe pieken en dalen. Dit alles draagt landelijk nadrukkelijk bij aan de netcongestie. Deze congestie wordt nog verder versterkt doordat er ook veel meer gebruikers bijkomen door de sterke energietransitie, van fossiel naar elektrisch. Dat geldt voor transport, industrie en huishoudens, dus dat is een flinke aanslag die wordt gepleegd op de Nederlandse elektriciteitsnetwerken. Die worden structureel zwaarder belast en vaker kortstondig overbelast.”

Maarten Zanen legt uit wat de ov-sector hierin kan beteken: “De elektriciteitsnetwerken van het Nederlandse openbaar vervoer kunnen bijdragen aan het verlichten van de netcongestie. Denk daarbij aan het netto energieverbruik te verminderen per reizigerskilometer, de piekbelasting te reduceren én de transportcapaciteit van elektriciteitsnetten van het ov gebruiken om partijen aan te sluiten. Om dit potentieel te illustreren hebben wij dit in een expertpanel, waar verschillende stakeholders vanuit rail en netbeheer in deelnamen, uitgewerkt in een investeringsagenda.”

De maatregelen

Het Expertpanel Netbeheer heeft zich het afgelopen halfjaar over deze prangende kwestie gebogen en is tot een aantal maatregelen gekomen waarmee de netcongestie nationaal kan worden verlicht. “Belangrijk uitgangspunt is dat we het bestaande voedingsnetwerk beter benutten”, zegt Alexander Bal. “Dit doen we door een aantal maatregelen. Modern materieel is al steeds energiezuiniger per reizigerskilometer. Door beter inzicht en monitoring van het energieverbruik in combinatie met opleiding van machinisten kan hier nog meer bespaard worden. Verder kan onder bepaalde omstandigheden met behulp van slim grid-management de stroom tijdelijk lokaal begrensd worden. Dit is technisch al mogelijk en met de juiste beslisregels heeft dit ook geen invloed op de dienstregeling.”

Zanen pakt over: “Verdere energiereductie is mogelijk door remenergie te hergebruiken. Modern materieel remt voor een groot deel al elektrisch-dynamisch. Met deze stroom worden in eerste instantie de on-board-systemen van de trein gevoed en wat over is wordt via de bovenleiding weer teruggegeven aan het tractienet en kan daar worden afgenomen door andere treinen. Daarbij moet opgemerkt worden dat in deze situatie de herbruikbaarheid van remenergie sterk afhankelijk is van de nabijheid van ander materieel. Zonder andere treinen in de buurt wordt deze energie omgezet in warmte en kan dan niet hergebruikt worden.”

“Door, net als bij een elektrische auto, energieopslag in het materieel en langs de infrastructuur op te nemen kan een veel groter deel van deze remenergie worden hergebruikt. Het mes snijdt hier aan twee kanten, want door deze ‘energiebanken’ tussen twee voedingspunten te situeren, die wel aangesloten zijn op het net, wordt het mogelijk om zonder extra netaansluitingen meer treinen te kunnen laten rijden.

“Zo wordt bij de Rotterdamse RET wordt momenteel hard gewerkt om deze energiebank te realiseren. Ook de nabijheid van intercitystations biedt een goede mogelijkheid om remenergie her te gebruiken, zoals momenteel onderzocht wordt in Groningen.

Elkaar helpen en slim delen

“Verder denken we dat de ov-sector andere sectoren kan helpen door laadpleinen voor bussen beschikbaar te stellen voor derden”, vertelt Pennings. “Juist overdag, wanneer er vaak ruim voldoende duurzame elektriciteit beschikbaar is, zijn hier veel laadplekken beschikbaar.”

“Door de verschuiving naar steeds meer duurzame opwekking van elektriciteit is steeds meer behoefte aan grootschalige energieopslag. Hier springen inmiddels verschillende aanbieders op in met de realisatie van de giga-batterij. De ov-sector kan grond beschikbaar stellen en helpen met planvorming en realisatie van dergelijke locaties, die dan door derden ontwikkeld worden.”

“Als het ov hier ook op aansluit, biedt dit dus ook weer extra mogelijkheden voor het ov om het tractienet te versterken. Daarnaast lopen er al initiatieven vanuit verschillende infrabeheerders om hun voedingsnetwerk te delen met andere gebruikers. RET is bezig om een GDS-vergunning te krijgen en ProRail is een marktverkenning gestart om werkmaterieel elektrisch te kunnen laden. Al met al diverse initiatieven waar zowel Nederland als het ov mee vooruit komt.”

Het proces achter de investeringsagenda

“Hoe we tot hier zijn gekomen? Het traject om tot de investeringsagenda te komen heeft circa acht maanden geduurd”, aldus Bal. “In meerdere bijeenkomsten is van een longlist (met meer dan honderd toepassingen) naar een shortlist van een tiental oplossingen gekomen. Deze oplossingen zijn vervolgens door de experts verder uitgewerkt en uiteindelijk gepresenteerd aan de nationaal coördinator netcongestie laagspanningsnetten. Meer over deze presentatie is hier te vinden.”

“De Investeringsagenda geeft weliswaar goed beeld van de mogelijkheden, het is tegelijkertijd slechts een aanzet naar het verder onderzoeken van de kansen die ov kan bieden in de Energietransitie. Daarmee gaat het gepaard met de oproep om dit als sector (ministeries IenW en EZK, ProRail, OV-NL, etc.) samen breed op te pakken. Dit alles om in sneltreinvaart de energietransitie door te komen.”

Op vrijdag 31 mei 2024 vindt de Bestuurlijke Top Energievoorziening Spoor plaats onder voorzitterschap van de Secretaris-Generaal van het Ministerie van Infrastructuur. Tijdens die Energietop komen alle bestuurlijke stakeholders bijeen om over de toekomst van de energievoorziening op het spoor te praten. Een belangrijke dag voor heel Nederland, want het ov wil helpen de netcongestieproblematiek in Nederland te verlichten. Het is aan de politiek om de uitgestoken hand aan te nemen.

Lees ook:

En Pier Eringa al in augustus 2019:

Auteur: Jeroen Baldwin

Jeroen Baldwin is journalist en chef redactie van SpoorPro.nl

Reageer ook

Nog maximaal tekens

Log in via een van de volgende social media partners om je reactie achter te laten.