Wim van de Camp opent het Europees Jaar van het Spoor

“Nationale belangen staan implementatie EU-spoorregelgeving in de weg”

Afzonderlijke lidstaten hebben nog steeds te veel ‘nationale hobby’s’. Dit staat de implementatie van EU-regelgeving in de weg. De Europese Commissie moet meer druk uitoefenen op Europese landen om door te pakken. Dat zei Nederlandse ambassadeur Wim van de Camp maandag bij de opening van het Europees Jaar van het Spoor.

De voormalig Europarlementariër Van de Camp lanceerde de Nederlandse campagne samen met directeur Corina de Jongh van netwerkorganisatie Railforum, Justus Hartkamp van ProRail en Karin Haaksman van Unife via een live-uitzending vanuit de ProMedia Studio’s in Rotterdam.

Ambitieuze doelen

De Europese Commissie zet in het Europees Jaar van het Spoor in op een verdubbeling van het hogesnelheidstreinverkeer in 2040 en tegen 2050 een verdrievoudiging. In 2050 moet ook het spoorgoederenvervoer zijn verdubbeld. Volgens Van de Camp zijn deze doelen nodig omdat “er behoefte is aan verandering”.

“Laat de Europese Commissie zeer ambitieus zijn, maar zorg er wel voor dat de implementatie in de diverse lidstaten wordt gerealiseerd.” Volgens hem hebben afzonderlijke lidstaten nog steeds “te veel nationale hobby’s”. Dat is volgens hem ook de reden waarom er zo’n grote verschillen zijn tussen landen in de implementatie van het European Rail Traffic Management System (ERTMS).

Hij benadrukt dat lidstaten zich meer moeten richten op samenwerking. “Dat is het grote voordeel van dit jaar. Het Europees Jaar van het Spoor is bedoeld om alle 27 lidstaten met elkaar te verbinden en een positieve impuls te geven aan internationale verbindingen, waarbij hopelijk nationale belangen worden achtergelaten.”

Verbeterpunten

Volgens Van de Camp zijn er drie speerpunten die moeten worden onderzocht. De eerste is grensoverschrijdend spoorvervoer. “Wanneer je vanuit Nederland naar België of van Tsjechië naar Slowakije wil reizen, is het een uitdaging om op een snelle manier de grens over te gaan.”

De tweede uitdaging is de complexiteit van het systeem. “Als je naar het Europese spoorwegsysteem kijkt, zie je private vervoerders, voormalige staatsbedrijven en bedrijven die er tussenin zitten. En ze hebben allemaal veel technische verschillen. We moeten de complexiteit van het systeem weghalen en zaken eenvoudiger maken.”

Het derde speerpunt dat moet worden aangepakt is internationale kaartverkoop. Het zou bijvoorbeeld “veel gemakkelijker moeten zijn voor internationale Erasmus-studenten om een ​​kaartje van Amsterdam naar Bologna te kopen”. Ticketing moet worden gecombineerd met “een internationaal planningssysteem”.

Wim van de Camp opent het Europees Jaar van het Spoor
Wim van de Camp opende de Nederlandse campagne officieel met een slag op de gong. Na een speciaal ‘Europees jaar van de spoorlijn’ ging de trein rijden.

Internationale treinverbindingen

Corina de Jongh, directeur Railforum, legt uit dat de leden van de netwerkorganisatie voor het European Year of Rail hebben gewerkt aan oplossingen om internationale verbindingen te verbeteren. Volgens haar wil Nederland koploper zijn op het gebied van online ticketing en kan dat ook omdat ons land met de OV-chipkaart “al bijna twintig jaar ervaring heeft met een landelijk ticketingssysteem”. Ook bijzonder is volgens haar dat Nederland een landelijk reisinformatiesysteem heeft. “We hebben veel kennis en ervaring die we kunnen delen met andere EU-landen.”

Ze wijst erop dat het boeken van een internationaal treinkaartje nog steeds erg complex is en dat het erg moeilijk is om een ​​kaartje langer dan drie maanden van tevoren te boeken. “Vroeg boeken is meestal goedkoper, maar je wil je reis ook eerder plannen.” Ook Mobility as a Service (MaaS) is een belangrijk element in de Nederlandse plannen. “Als je het hebt over internationale spoorverbindingen, dan moet je ook vervoer regelen van het station naar de locatie waar je moet zijn.”

Snellere implementatie-innovaties

Karin Haaksman, die Nederland vertegenwoordigt in Unife, verwacht dat innovaties ook een belangrijke rol gaan spelen in het Europees Jaar van het Spoor. “Innovatie is erg belangrijk voor de spoorsector, omdat het een manier is om je te onderscheiden. Er zijn innovaties nodig om van het spoor een veilige en duurzame vervoerswijze te maken.”

Aan de andere kant hoopt ze dat deze innovaties sneller op de markt kunnen komen. “Veel innovaties liggen nu nog op de plank en worden niet gebruikt. Ik denk dat een van de redenen is dat er veel nationale regels zijn die boven de Europese regels worden toegepast. Als we één Europese Spoorwegruimte willen realiseren, dan moeten we geen nationale regelgeving toepassen. Ik hoop echt dat we in de samenwerkingsverbanden van het Europees Jaar van het Spoor hier iets aan kunnen veranderen.”

“Je ziet nog steeds dat nationale belangen nog steeds leidend zijn, maar als we één systeem willen, moeten we het Europese systeem prioriteit geven aan het nationale systeem.” Ze geeft aan dat de Europese spoorsector hier onder meer tegenaan loopt bij de implementatie van beveiligingssystemen zoals ERTMS en de toelating van treinen om in bepaalde landen te kunnen rijden.

Stappen vooruit maken

Justus Hartkamp, ​​Deputy Director Corporate Strategy bij ProRail, vindt dat de spoorsector om zijn belangrijke rol in het aanpakken van de klimaatcrisis “grote stappen vooruit moet maken”. “We moeten niet alleen internationaal denken, maar ook internationaal handelen.” Infrabeheerders kunnen volgens bijdragen in de verduurzaming door infrastructuur beter toegankelijk te maken voor internationale treinen en door ERTMS te implementeren. Ook een internationaal planningssysteem zal volgens hem bijdragen om internationaal spoorvervoer aantrekkelijker te maken, waardoor veel forenzen de overstap zullen maken.

“Wat we op dit moment doen is eerst een nationaal systeem op orde te brengen, wat ook wel te begrijpen is vanuit een toenemende vervoersvraag. Als het nationale systeem eenmaal werkt, dan vertellen we onze buren dat een internationale trein op een bepaald moment aan de grens is en dan moeten ze maar zien of het past”, zegt hij. “We willen nu met infrastructuurbeheerders gezamenlijk een ontwerpdienstregeling voor enkele jaren opstellen. Vervolgens kunnen spoorvervoerders hun treinpaden aanvragen en zijn wij ervan verzekerd dat er ook na de crisis nog vraag zal zijn.”

RailTech Europe

De aftrap van het Europees Jaar van het Spoor is onderdeel van het digitale spoorevenement RailTech Europe dat van 30 tot en met 1 april op drie verschillende podia plaatsvindt. Deze vier dagen zijn bij te wonen via het netwerkplatform van RailTech Europe. Gratis aanmelden kan met de volgende code: RailTechEurope2021.

Meer over RailTech Europe:

RailTech Europe banner

Auteur: Marieke van Gompel

Marieke van Gompel is journalist van SpoorPro en algemeen hoofdredacteur van ProMedia Group.

Reageer ook

Nog maximaal tekens

Log in via een van de volgende social media partners om je reactie achter te laten.

“Nationale belangen staan implementatie EU-spoorregelgeving in de weg” | SpoorPro.nl
Wim van de Camp opent het Europees Jaar van het Spoor

“Nationale belangen staan implementatie EU-spoorregelgeving in de weg”

Afzonderlijke lidstaten hebben nog steeds te veel ‘nationale hobby’s’. Dit staat de implementatie van EU-regelgeving in de weg. De Europese Commissie moet meer druk uitoefenen op Europese landen om door te pakken. Dat zei Nederlandse ambassadeur Wim van de Camp maandag bij de opening van het Europees Jaar van het Spoor.

De voormalig Europarlementariër Van de Camp lanceerde de Nederlandse campagne samen met directeur Corina de Jongh van netwerkorganisatie Railforum, Justus Hartkamp van ProRail en Karin Haaksman van Unife via een live-uitzending vanuit de ProMedia Studio’s in Rotterdam.

Ambitieuze doelen

De Europese Commissie zet in het Europees Jaar van het Spoor in op een verdubbeling van het hogesnelheidstreinverkeer in 2040 en tegen 2050 een verdrievoudiging. In 2050 moet ook het spoorgoederenvervoer zijn verdubbeld. Volgens Van de Camp zijn deze doelen nodig omdat “er behoefte is aan verandering”.

“Laat de Europese Commissie zeer ambitieus zijn, maar zorg er wel voor dat de implementatie in de diverse lidstaten wordt gerealiseerd.” Volgens hem hebben afzonderlijke lidstaten nog steeds “te veel nationale hobby’s”. Dat is volgens hem ook de reden waarom er zo’n grote verschillen zijn tussen landen in de implementatie van het European Rail Traffic Management System (ERTMS).

Hij benadrukt dat lidstaten zich meer moeten richten op samenwerking. “Dat is het grote voordeel van dit jaar. Het Europees Jaar van het Spoor is bedoeld om alle 27 lidstaten met elkaar te verbinden en een positieve impuls te geven aan internationale verbindingen, waarbij hopelijk nationale belangen worden achtergelaten.”

Verbeterpunten

Volgens Van de Camp zijn er drie speerpunten die moeten worden onderzocht. De eerste is grensoverschrijdend spoorvervoer. “Wanneer je vanuit Nederland naar België of van Tsjechië naar Slowakije wil reizen, is het een uitdaging om op een snelle manier de grens over te gaan.”

De tweede uitdaging is de complexiteit van het systeem. “Als je naar het Europese spoorwegsysteem kijkt, zie je private vervoerders, voormalige staatsbedrijven en bedrijven die er tussenin zitten. En ze hebben allemaal veel technische verschillen. We moeten de complexiteit van het systeem weghalen en zaken eenvoudiger maken.”

Het derde speerpunt dat moet worden aangepakt is internationale kaartverkoop. Het zou bijvoorbeeld “veel gemakkelijker moeten zijn voor internationale Erasmus-studenten om een ​​kaartje van Amsterdam naar Bologna te kopen”. Ticketing moet worden gecombineerd met “een internationaal planningssysteem”.

Wim van de Camp opent het Europees Jaar van het Spoor
Wim van de Camp opende de Nederlandse campagne officieel met een slag op de gong. Na een speciaal ‘Europees jaar van de spoorlijn’ ging de trein rijden.

Internationale treinverbindingen

Corina de Jongh, directeur Railforum, legt uit dat de leden van de netwerkorganisatie voor het European Year of Rail hebben gewerkt aan oplossingen om internationale verbindingen te verbeteren. Volgens haar wil Nederland koploper zijn op het gebied van online ticketing en kan dat ook omdat ons land met de OV-chipkaart “al bijna twintig jaar ervaring heeft met een landelijk ticketingssysteem”. Ook bijzonder is volgens haar dat Nederland een landelijk reisinformatiesysteem heeft. “We hebben veel kennis en ervaring die we kunnen delen met andere EU-landen.”

Ze wijst erop dat het boeken van een internationaal treinkaartje nog steeds erg complex is en dat het erg moeilijk is om een ​​kaartje langer dan drie maanden van tevoren te boeken. “Vroeg boeken is meestal goedkoper, maar je wil je reis ook eerder plannen.” Ook Mobility as a Service (MaaS) is een belangrijk element in de Nederlandse plannen. “Als je het hebt over internationale spoorverbindingen, dan moet je ook vervoer regelen van het station naar de locatie waar je moet zijn.”

Snellere implementatie-innovaties

Karin Haaksman, die Nederland vertegenwoordigt in Unife, verwacht dat innovaties ook een belangrijke rol gaan spelen in het Europees Jaar van het Spoor. “Innovatie is erg belangrijk voor de spoorsector, omdat het een manier is om je te onderscheiden. Er zijn innovaties nodig om van het spoor een veilige en duurzame vervoerswijze te maken.”

Aan de andere kant hoopt ze dat deze innovaties sneller op de markt kunnen komen. “Veel innovaties liggen nu nog op de plank en worden niet gebruikt. Ik denk dat een van de redenen is dat er veel nationale regels zijn die boven de Europese regels worden toegepast. Als we één Europese Spoorwegruimte willen realiseren, dan moeten we geen nationale regelgeving toepassen. Ik hoop echt dat we in de samenwerkingsverbanden van het Europees Jaar van het Spoor hier iets aan kunnen veranderen.”

“Je ziet nog steeds dat nationale belangen nog steeds leidend zijn, maar als we één systeem willen, moeten we het Europese systeem prioriteit geven aan het nationale systeem.” Ze geeft aan dat de Europese spoorsector hier onder meer tegenaan loopt bij de implementatie van beveiligingssystemen zoals ERTMS en de toelating van treinen om in bepaalde landen te kunnen rijden.

Stappen vooruit maken

Justus Hartkamp, ​​Deputy Director Corporate Strategy bij ProRail, vindt dat de spoorsector om zijn belangrijke rol in het aanpakken van de klimaatcrisis “grote stappen vooruit moet maken”. “We moeten niet alleen internationaal denken, maar ook internationaal handelen.” Infrabeheerders kunnen volgens bijdragen in de verduurzaming door infrastructuur beter toegankelijk te maken voor internationale treinen en door ERTMS te implementeren. Ook een internationaal planningssysteem zal volgens hem bijdragen om internationaal spoorvervoer aantrekkelijker te maken, waardoor veel forenzen de overstap zullen maken.

“Wat we op dit moment doen is eerst een nationaal systeem op orde te brengen, wat ook wel te begrijpen is vanuit een toenemende vervoersvraag. Als het nationale systeem eenmaal werkt, dan vertellen we onze buren dat een internationale trein op een bepaald moment aan de grens is en dan moeten ze maar zien of het past”, zegt hij. “We willen nu met infrastructuurbeheerders gezamenlijk een ontwerpdienstregeling voor enkele jaren opstellen. Vervolgens kunnen spoorvervoerders hun treinpaden aanvragen en zijn wij ervan verzekerd dat er ook na de crisis nog vraag zal zijn.”

RailTech Europe

De aftrap van het Europees Jaar van het Spoor is onderdeel van het digitale spoorevenement RailTech Europe dat van 30 tot en met 1 april op drie verschillende podia plaatsvindt. Deze vier dagen zijn bij te wonen via het netwerkplatform van RailTech Europe. Gratis aanmelden kan met de volgende code: RailTechEurope2021.

Meer over RailTech Europe:

RailTech Europe banner

Auteur: Marieke van Gompel

Marieke van Gompel is journalist van SpoorPro en algemeen hoofdredacteur van ProMedia Group.

Reageer ook

Nog maximaal tekens

Log in via een van de volgende social media partners om je reactie achter te laten.