‘Van tien bijna-ongelukken moet net zo’n ernstig signaal uitgaan als van een ongeval’

ProRail en de Overijsselse gemeente Borne besloten vorige week per direct de onbeveiligde overweg ‘Het Vlier’ in Zenderen af te sluiten, nadat omstanders donderdag getuige waren van een bijna-ongeluk op de Niet Actief Beveiligde Overweg (NABO). Professor John Stoop van de TU Delft constateert dat er op het vlak van veiligheid nog een hoop te winnen valt en pleit daarom niet alleen voor meer samenwerking maar ook voor de input van ervaringsdeskundigen zoals machinisten en omwonenden. 

Dat de NABO in Zenderen werd afgesloten na een bijna-ongeluk, roept de vraag op waarom dat niet direct na een dodelijk ongeval gebeurde. Op 7 maart kwam op deze overweg een 21-jarige maaltijdbezorger om het leven. Stoop ziet daarin twee factoren een rol spelen. Enerzijds neemt het aantal ongevallen al jaren achtereen geleidelijk af. Maar juist als ongelukken zeldzamer worden, is direct er meer aandacht wanneer er wel iets voorvalt.

Meer en snellere treinen

Professor Stoop is betrokken geweest bij diverse onderzoeken naar spoorveiligheid, en in het bijzonder overwegen. Ook werkte hij mee aan studies in de luchtvaart, waaronder het vliegtuigongeluk met de MH17 en de gevolgen van de Bijlmerramp voor luchthaven Schiphol.

“De omgeving is nog steeds dezelfde, maar ondertussen rijden er meer treinen en komen ze op hogere snelheid voorbij. Daarnaast is het ook op de weg drukker geworden en rijden er vaker grote en zware voertuigen”, zegt Stoop. “Als het altijd goed gaat, gaat gewenning een rol spelen. Dan krijg je een soort polderblindheid op en naast het spoor waarbij de opmerkzaamheid van machinisten en bestuurders verminderd. Maar doordat treinen sneller rijden is waarneming en oplettendheid extra belangrijk, omdat je meer reactietijd nodig hebt.”

‘Haal technologie de cabine in’

De gebruikelijke oplossingen om spoorwegovergangen te elimineren zijn het bouwen van een brug of tunnel. Stoop zou graag zien dat er ook in de richting van veiligheidssystemen gedacht wordt. Hij trekt daarbij de vergelijking met de luchtvaart. “Kleine sportvliegtuigen werken met het ‘see and avoid-principle’, maar daar moet je voor grote passagierstoestellen of vrachtvliegtuigen niet aan denken. Daarvoor is een heel systeem opgetuigd van detectie, zowel in de cockpit als vanuit de verkeersleiding.”

“Waarom is een treinmachinist nog steeds deels afhankelijk van seinen langs het spoor? Waarom kun je thuis vanaf de bank wel je pakketje volgen, maar kan een machinist geen landbouwvoertuig volgen? Of andersom, waarom kan de bestuurder op de weg de trein niet volgen?”

Bekijk hier het interview met professor John Stoop:

‘Leren van gebleken gebreken’

Een andere les van de luchtvaartsector is de input van ervaringsdeskundigen zoals piloten. Volgens Stoop worden onder meer KLM-piloten gevraagd naar hun zogenoemde ‘flight history’, waarbij ze aan kunnen geven wat hen niet lekker zat en daarvan een melding maken.

“Dat zou je ook aan machinisten of omwonenden kunnen vragen. Die mensen weten waar ze het over hebben en op basis van hun observaties raak je aan een dieper niveau van veiligheid. Als zij zien dat het ergens tien keer bijna mis is gegaan, dan moet daar net zo’n ernstig signaal van uitgaan als van een daadwerkelijk ongeval. Je hoeft het bewijs niet af te wachten”, aldus Stoop.

De vraag is alleen wie hierin de regie gaat nemen en op welke manier. Stoop ziet hier mogelijkheden voor kennisinstituten en instellingen als de TU Delft. “Zij kunnen een rol spelen in het identificeren van het probleem en helpen met het vertalen van kennis naar een gerichte marktvraag. Als professionals deze helderheid kunnen bieden, wordt het ook makkelijker om de politiek mee te krijgen. Dat gaat namelijk niet plotsklaps, zo wijst de ervaring uit.”

Wat Stoop betreft is ProRail een uitgelezen kandidaat om de regierol op zich te nemen, aangezien het bedrijf kan terugvallen op tientallen jaren aan ervaring en een Europees kennisnetwerk. “Dat zouden ze moeten willen en aan kunnen.”

Lees ook:

SpoorPro houdt op 25 mei een seminar over veiligheid op spoorwegovergangen. Daar komen sprekers aan het woord zoals gasthoogleraar John Stoop van de TU Delft, regiodirecteur Noordoost Dorothé Wennekendonk bij ProRail, vakbondsbestuurder en voormalig NS-machinist Rob de Groot, hoofd Quality, Health, Safety and Environment Sacha Göddeke bij NS en teamleider Robbert Broere van de politie landelijke eenheid. Bezoek de website van het evenement om het volledige programma te bekijken.

Auteur: Nick Augusteijn

Nick Augusteijn is chef redactie van SpoorPro en de RailTech-titels.

Reageer ook

Nog maximaal tekens

Log in via een van de volgende social media partners om je reactie achter te laten.

‘Van tien bijna-ongelukken moet net zo’n ernstig signaal uitgaan als van een ongeval’ | SpoorPro.nl

‘Van tien bijna-ongelukken moet net zo’n ernstig signaal uitgaan als van een ongeval’

ProRail en de Overijsselse gemeente Borne besloten vorige week per direct de onbeveiligde overweg ‘Het Vlier’ in Zenderen af te sluiten, nadat omstanders donderdag getuige waren van een bijna-ongeluk op de Niet Actief Beveiligde Overweg (NABO). Professor John Stoop van de TU Delft constateert dat er op het vlak van veiligheid nog een hoop te winnen valt en pleit daarom niet alleen voor meer samenwerking maar ook voor de input van ervaringsdeskundigen zoals machinisten en omwonenden. 

Dat de NABO in Zenderen werd afgesloten na een bijna-ongeluk, roept de vraag op waarom dat niet direct na een dodelijk ongeval gebeurde. Op 7 maart kwam op deze overweg een 21-jarige maaltijdbezorger om het leven. Stoop ziet daarin twee factoren een rol spelen. Enerzijds neemt het aantal ongevallen al jaren achtereen geleidelijk af. Maar juist als ongelukken zeldzamer worden, is direct er meer aandacht wanneer er wel iets voorvalt.

Meer en snellere treinen

Professor Stoop is betrokken geweest bij diverse onderzoeken naar spoorveiligheid, en in het bijzonder overwegen. Ook werkte hij mee aan studies in de luchtvaart, waaronder het vliegtuigongeluk met de MH17 en de gevolgen van de Bijlmerramp voor luchthaven Schiphol.

“De omgeving is nog steeds dezelfde, maar ondertussen rijden er meer treinen en komen ze op hogere snelheid voorbij. Daarnaast is het ook op de weg drukker geworden en rijden er vaker grote en zware voertuigen”, zegt Stoop. “Als het altijd goed gaat, gaat gewenning een rol spelen. Dan krijg je een soort polderblindheid op en naast het spoor waarbij de opmerkzaamheid van machinisten en bestuurders verminderd. Maar doordat treinen sneller rijden is waarneming en oplettendheid extra belangrijk, omdat je meer reactietijd nodig hebt.”

‘Haal technologie de cabine in’

De gebruikelijke oplossingen om spoorwegovergangen te elimineren zijn het bouwen van een brug of tunnel. Stoop zou graag zien dat er ook in de richting van veiligheidssystemen gedacht wordt. Hij trekt daarbij de vergelijking met de luchtvaart. “Kleine sportvliegtuigen werken met het ‘see and avoid-principle’, maar daar moet je voor grote passagierstoestellen of vrachtvliegtuigen niet aan denken. Daarvoor is een heel systeem opgetuigd van detectie, zowel in de cockpit als vanuit de verkeersleiding.”

“Waarom is een treinmachinist nog steeds deels afhankelijk van seinen langs het spoor? Waarom kun je thuis vanaf de bank wel je pakketje volgen, maar kan een machinist geen landbouwvoertuig volgen? Of andersom, waarom kan de bestuurder op de weg de trein niet volgen?”

Bekijk hier het interview met professor John Stoop:

‘Leren van gebleken gebreken’

Een andere les van de luchtvaartsector is de input van ervaringsdeskundigen zoals piloten. Volgens Stoop worden onder meer KLM-piloten gevraagd naar hun zogenoemde ‘flight history’, waarbij ze aan kunnen geven wat hen niet lekker zat en daarvan een melding maken.

“Dat zou je ook aan machinisten of omwonenden kunnen vragen. Die mensen weten waar ze het over hebben en op basis van hun observaties raak je aan een dieper niveau van veiligheid. Als zij zien dat het ergens tien keer bijna mis is gegaan, dan moet daar net zo’n ernstig signaal van uitgaan als van een daadwerkelijk ongeval. Je hoeft het bewijs niet af te wachten”, aldus Stoop.

De vraag is alleen wie hierin de regie gaat nemen en op welke manier. Stoop ziet hier mogelijkheden voor kennisinstituten en instellingen als de TU Delft. “Zij kunnen een rol spelen in het identificeren van het probleem en helpen met het vertalen van kennis naar een gerichte marktvraag. Als professionals deze helderheid kunnen bieden, wordt het ook makkelijker om de politiek mee te krijgen. Dat gaat namelijk niet plotsklaps, zo wijst de ervaring uit.”

Wat Stoop betreft is ProRail een uitgelezen kandidaat om de regierol op zich te nemen, aangezien het bedrijf kan terugvallen op tientallen jaren aan ervaring en een Europees kennisnetwerk. “Dat zouden ze moeten willen en aan kunnen.”

Lees ook:

SpoorPro houdt op 25 mei een seminar over veiligheid op spoorwegovergangen. Daar komen sprekers aan het woord zoals gasthoogleraar John Stoop van de TU Delft, regiodirecteur Noordoost Dorothé Wennekendonk bij ProRail, vakbondsbestuurder en voormalig NS-machinist Rob de Groot, hoofd Quality, Health, Safety and Environment Sacha Göddeke bij NS en teamleider Robbert Broere van de politie landelijke eenheid. Bezoek de website van het evenement om het volledige programma te bekijken.

Auteur: Nick Augusteijn

Nick Augusteijn is chef redactie van SpoorPro en de RailTech-titels.

Reageer ook

Nog maximaal tekens

Log in via een van de volgende social media partners om je reactie achter te laten.